Samenwerken aan passende zorg in de regio

De Nederlandse Zorgautoriteit is medeverantwoordelijk voor de regelgeving binnen de zorg en houdt toezicht op de naleving hiervan. Als organisatie is zij nauw betrokken bij de visieontwikkeling voor bijvoorbeeld toekomstbestendige organisatie van eerstelijnszorg en de financieringsmethodiek van zorg. We spreken met Jos Vahl van de NZa over de eerstelijnszorg en de ontwikkeling van regionalisering. Jos Vahl is als Beleidsmedewerker Eerstelijnszorg direct betrokken bij de invulling en uitvoering van deze ontwikkeling. Zijn verhaal over samenwerken in de regio:

Regionaal en met elkaar zorg organiseren
Door beter met elkaar samen te werken en zorg regionaal te organiseren is het mogelijk om zorg passend en dichtbij de cliënt aan te bieden. Deze regionaliseringsslag is onderdeel van de visie op de eerstelijnszorg 2030. Hierin wordt gesteld dat in elke regio een eerstelijns samenwerkingsverband actief is, dat de diverse disciplines van de eerstelijnszorg vertegenwoordigt en ontzorgt. Daarnaast betekent dit dat professionals in 2030 in de wijk of in het dorp in hechte wijkverbanden samenwerken. Kernspelers van de hechte wijkverbanden, met daarin in elk geval de huisarts, wijkverpleegkundige, sociaal domein professional waaronder sociaal werk en apotheker, hebben korte lijnen met elkaar, en kunnen inspelen op de specifieke behoefte van burgers en samen werken aan vernieuwing en preventie.

Passende zorg, passend organisatie
Voor de fysiotherapie is het van wezenlijk belang om hier een actieve rol in te nemen en duidelijk bij te dragen in het tot stand komen van deze samenwerkingsverbanden. Een belangrijke ontwikkeling is de beweging naar passende zorg. Hierin is het van belang om de positie en de rol van de eerstelijnszorg te verstevigen. Deze zorg is laagdrempelig toegankelijk, relatief goed betaalbaar en dichtbij de patiënt. Een passende organisatie is noodzakelijk om ook passende zorg te kunnen bieden. De uitdagingen die nu al zichtbaar zijn en groter gaan worden (bijv. dubbele vergrijzing en arbeidsmarktkrapte) onderstrepen de groeiende noodzaak om stappen te zetten op de organisatie van zorg. De fysiotherapeut heeft een prominente plek in de eerstelijnszorg en de ontwikkeling daarvan.

Iedereen heeft een stuk van de puzzel
De NZa is nauw betrokken geweest bij de visieontwikkeling, draagt bij aan de uitwerking en implementatie ervan en zal zich onder andere over het bijbehorende bekostigingsvraagstuk gaan buigen. Om zorg toegankelijk en betaalbaar te houden, moeten we de zorg slimmer organiseren. Jos Vahl is ervan overtuigd dat we dat ook kunnen, maar dat is een puzzel die we alleen gezamenlijk kunnen leggen. Iedereen zal daarin dus zijn aandeel moeten leveren. De tijd van op je eiland blijven zitten is voorbij. Dit geldt voor zorgverzekeraars, zorgverleners en uiteraard ook voor organisaties zoals de NZa.

Heldere uitkomstinformatie
Naast de ontwikkeling van de organisatie is het belangrijk om te werken aan heldere uitkomsteninformatie zorgbreed, en dus ook voor de fysiotherapie. Het gebruik van uitkomstinformatie is een noodzakelijke randvoorwaarde in de transformatie naar passende zorg. Informatie over de effecten van behandeling, die kunnen worden gebruikt om behandelingen te optimaliseren en hiervan te leren, zowel voor de fysiotherapeut als ook voor andere zorgverleners. Met inzicht in uitkomstinformatie is het ook mogelijk om passende zorg passend te belonen. Voor een coöperatie als Zorgtopics zou bij uitstek een rol weggelegd kunnen zijn om organisaties te ondersteunen bij het ontwikkelen van uitkomstindicatoren en het bieden van inzicht in uitkomsten van zorg. De coöperatie heeft de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan met het implementeren van zorgplannen en het verzamelen van uniforme uitkomstendata. Dit is een belangrijk onderdeel voor het verbeteren en vergelijken van de kwaliteit van de zorg. Het zou interessant kunnen zijn om met deze kennis en ervaring verschillende regio’s te ondersteunen om op dit vlak stappen te zetten. Door de verdieping op inhoud en uitkomsten krijgen zorgverleners meer inzicht in de zorg die ze bieden en de verbeteraspecten van deze zorg.